Jennifer Egan – Kijk naar mij (De Standaard)

Een nieuw gezicht
Lang voor ze een literaire beroemdheid werd, schreef Jennifer Egan ‘Kijk naar mij’, een roman over de jaren 1990 die de herleestest ruimschoots doorstaat.
Kathy Mathys
‘Bezoek van de knokploeg’ was hét Angelsaksische boek van 2011. Het was geen debuut, wel de vijfde worp van de Amerikaanse Jennifer Egan. Ooit verscheen ‘Kijk naar mij’, Egans tweede, totaal onopgemerkt bij een inmiddels ter ziele gegane uitgeverij. Tijd voor een reprise dus. De keuze voor Egans tweede is de juiste: het proza is even krachtig als in ‘Bezoek van de knokploeg’, de ambitie net zo groot, de thema’s zijn even dwingend. Egan werkte jarenlang aan wat ze haar eigen favoriete boek noemt.
Bij herlezing valt meteen op wat voor intense innerlijke levens Egans personages hebben. De Amerikaanse rukt je naar binnen in hun hoofden waar, in het geval van sommige spelers, een hoop zwerfvuil rondvliegt, de sfeer claustrofobisch is.
Charlotte Swenson, de enige ik-verteller in dit boek met uitgebreide cast, is een fotomodel dat na een ongeval tachtig titanium schroeven in haar hoofd heeft zitten. Ze was sowieso al op haar retour en nu niemand haar nog herkent – de plastische chirurg gaf haar een nieuw gezicht – is ze net zoveel waard als een beginner, met dat verschil dat ze vijfendertig is. Egan heeft de modewereld even goed in de vingers als de punkscène in ‘Knokploeg’. De uitgemergelde modellen met hun ‘gezichten als geëmailleerde doosjes’, de hippe eettenten waar iedereen kruisbloemsalade bestelt: het overtuigt. Swenson voelt zich minder zichtbaar dan ooit in een branche waar alles draait om de stand van jukbeenderen, ogen en mond. Ze is een geweldige verteller, geen doetje, een vrouw vol tegenstrijdigheden. Swenson beweert alles van vroeger te zijn vergeten – een uitvlucht – en gelooft dat ze in staat is ieders ‘schaduwkant’, de minder fraaie zijde, te kunnen detecteren. Soms zit ze er goed naast. Bij gebrek aan opdrachten begint het model te drinken en laat ze zich op sleeptouw nemen door een privé-detective die een zaak onderzoekt in de modewereld. De verwijzingen naar noir – Egan parodieert niet, haar liefde is oprecht – zijn erg geslaagd.
Schaduwkant
Swensons obsessie met de schaduwkant, de ongepolijste waarheid, is een van de manieren voor de schrijfster om vragen te stellen rond authenticiteit. Wat is echt en wat is fake? Die vraag komt in alle verhalen terug. Swensons leven speelt in New York, waar een authenticiteitsrage – experimenten met zwarte en Koreaanse modellen – de modewereld op haar kop zet. Voor de andere verhaallijnen wijkt Egan uit naar Rockford, Illinois, ooit de thuisbasis van het model. We ontmoeten er een zestienjarig meisje dat zich niet verwant voelt met leeftijdgenoten, wel met haar oom Moose, een uit de gratie gevallen universiteitsdocent die de waarheid omtrent het leven wil blootleggen en die doorslaat wanneer hij zijn pillen niet neemt. De zestienjarige begint iets met een leraar wiskunde, een man met een vaag verleden. Met het verhaal van de leraar alludeert Egan, lang voor dit een bekend onderwerp werd in hedendaagse romans, op de dreiging van moslimterrorisme. Haar dwaaltocht door het hoofd van de man is indrukwekkend.
Egan deed in ‘Kijk naar mij’, een roman uit 2001, nog meer voorspellingen over onze toekomst. Swenson krijgt een aanbod om op Personal Space haar leven bloot te geven voor betalende lezers en kijkers. Egan vergiste zich toen ze bedacht dat mensen geld zouden geven om in het privé-leven van anderen te kunnen rondneuzen. De kern van haar betoog houdt wel stand: hoe exhibitionistisch ook qua opzet, er is altijd iets intiems wat verborgen blijft, wat een beeldscherm of een netwerk niet kan blootleggen. Swenson laat zich uit pure wanhoop op sleeptouw nemen door een producent die hoog van de toren blaast over onze honger naar rauwe werkelijkheid maar die manipuleert en verdraait wanneer dat fotogenieker materiaal oplevert.
‘Kijk naar mij’ heeft schoonheidsfouten, onbelangrijke haperingen in de plot, net iets te lange Moose-tirades. Het boek is minder in balans dan ‘Bezoek van de knokploeg’. Toch is het met voorsprong Egans tweedebeste. Het verhaal is erg meeslepend, de personages met hun verloren dromen overtuigen honderd procent, de Swenson-hoofdstukken zijn gedrenkt in geweldige zwarte humor en het tienerleed van het zoekende meisje is hartverscheurend. Net als in haar Pulitzer Prize-winnaar laat Egan de lezer nadenken over onze tijd, over de wervelende veranderingen die erin plaatsvinden, en over hoe we binnen dit alles onze kern proberen te vrijwaren.
****
Jennifer Egan – Kijk naar mij – vertaald door Wim Scherpenisse – De Arbeiderspers – 504 blz. – oorspronkelijke titel: Look at Me.