Jess Walter – Het nulpunt (De Standaard)

9200000035844119Op het puin

 

Jess Walter schreef een geslaagde satire over de dagen na de aanslagen van 11 september 2001.

 

Kathy Mathys

 

De meesten van ons kennen de beelden van de moord op John F. Kennedy. We hebben ze gezien, meer dan eens, in slow motion en in real time. Toch zijn er eindeloos veel theorieën rond de moord. Het is niet omdat de beelden vertrouwd zijn dat we ze begrijpen. Zo is het ook met de aanslagen op de WTC-torens. Allemaal zagen we hoe de vliegtuigen de torens raakten, maar of we de betekenis van die filmpjes vatten?

Jess Walter, bekend van de roman ‘Schitterende ruïnes’, was bezig met een schrijfopdracht op Ground Zero. Hij had dus direct contact met politiemannen, brandweerlui en reddingswerkers. Zijn roman ‘Het nulpunt’ uit 2006 is nu in het Nederlands vertaald. Walter brengt het verhaal vanuit het standpunt van een politieman die heel dicht op de ramp zat. Brian Remy is een gescheiden man, collega van Paul Guterak. ‘Soms denk ik weleens dat mensen die het op tv hebben gezien, meer hebben gezien dan wij,’ meent Guterak. De twee collega’s helpen mee na de ramp. Ze waden rond in het puin, vinden geen telefoons of lampen, wel vergruisde massa. Overal ligt er as, de stad stinkt naar verbrand vlees. Jess Walter neemt ons mee naar het slagveld, hij laat een van zijn personages een scalp oprapen. Dichterbij komen kan haast niet.

Remy kan zich de dag van de aanslag niet goed herinneren. Hij heeft een probleem met zijn ogen en blijkt last te hebben van black-outs. Zo bevindt hij zich voortdurend in ruimtes met mensen, zonder een idee te hebben hoe hij daar terecht kwam. Walter breekt zijn scènes bruusk af op de momenten dat Remy een black-out heeft. Een versplinterde vertelling dus over een tijd waarin velen moeite hadden om hun herinneringen aan elkaar te lijmen.

 

Satire

 

Walter verpakt zijn boek in de vorm van een satire met vette knipogen naar het noir-genre. En er is meer. Achterin staat een lijst met romans die hem beïnvloeden: onder meer ‘Catch-22’ van Joseph Heller en ‘Slachthuis vijf’ van Kurt Vonnegut. Net als bij ‘Schitterende ruïnes’ geeft Walter een inkijkje in zijn schrijfproces en in de worstelingen die hij doorstond om het boek te voltooien: de appendix is zeker de moeite van het lezen waard.

Remy heeft niet enkel te kampen met black-outs, er gebeuren meer vreemde dingen. Zijn zoon rouwt om hem, ook al weet hij dat zijn vader niet stierf. Guterak tatert maar door over hoe gelukkig hij is als nieuwbakken ‘held’. Guterak scoort zelfs een rol in reclame voor ontbijtgranen. En Remy krijgt een vreemde opdracht van het Department of Documentation. Hij dient uit te zoeken wat er gebeurde met March Selios, die op 11 september een telefoontje kreeg op kantoor en in paniek wegliep. Werd zij gewaarschuwd voor de aanslagen?

De plot is ingewikkeld – zo gaat dat in detectives waarin de hoofdpersoon er als een kip zonder kop bijloopt. Gelukkig biedt Walter meer. De directe details over Ground Zero zijn overtuigend, net als de manier waarop de schrijver de tijdgeest vat. Remy’s liefje merkt op dat ze de overlijdensberichten in de krant nu op dezelfde manier leest als vroeger de huwelijksaankondigingen. Het nieuwe leven went. Een week later zit de helft van de natie gewoon voor de buis om ‘American Idol’ te kijken. Walter geeft de media een veeg uit de pan, maar het zijn de overheid en haar agentschappen die er het slechtst uitkomen. De humor, die een zwart randje heeft, zit met name in de dialogen en in het neurotische gedram van Guterak.

Walter doet hard zijn best om de personages diepgang te geven en dat lukt half. De relatie tussen Remy en April is aan de vlakke kant. Er zijn betere romans geschreven over 9/11, Walter brengt je wel heel dichtbij.

 

***

 

Jess Walter – Het nulpunt – vertaald door Paul Bruijn en Nicolette Hoekmeijer – Marmer – 366 blz.