A.L. Kennedy (De Standaard)


Pyromanie als therapie

Een kopje thee vormt het hoogtepunt van een doordeweekse dag voor A.L. Kennedy. De Schotse mag haar leven dan al eindeloos saai vinden, haar werk is dat allerminst. Wordt haar ‘Day’ volgende week de Costa Book of the Year?

Kathy Mathys

Donker. Somber. Onthutsend. Dodelijk grappig. Dat zijn de adjectieven die je keer op keer aantreft in kritieken van Alison Louise Kennedy’s boeken. Tien zijn dat er inmiddels. Naast vier verhalenbundels en vijf romans schreef ze een non-fictieboek over stierengevechten. Sommige kritieken klinken als de waarschuwing op een pakje sigaretten: ‘Te mijden voor wie zich emotioneel fragiel voelt.’Op haar uitgebreide webstek (www.a-l-kennedy.co.uk) voorziet Kennedy haar boekkritieken van komische commentaren. Voor interviews is ze bijna nooit te vinden. The Guardian wist haar vorig jaar wel te strikken. Op een vraag naar lezersreacties antwoordde ze beslist: ‘Het is zoals met anale seks. Dit is wat ik met jou wil doen maar als je er niets voor voelt, vertrek dan maar.’Kennedy doet geen toegiftes aan haar publiek en wie dat niet zint, kan opkrassen.
Schrijvers die de pers schuwen, krijgen al snel het etiket van ‘zonderling’ of ‘kluizenaar’ opgeplakt. Bij Kennedy, die naar eigen zeggen in een bloedkleurige kamer werkt, is dat niet anders. Journalisten beschrijven haar als een ziekelijk bleke kreupele met een eeuwig pijnlijke rug. In het Guardian-interview dikt Kennedy de mythe aan. Ze zou maar wat graag vreugde kennen maar die ligt niet voor het grijpen. ‘Ik heb om de vijf jaar seks. Sinds mijn zeventiende woon ik alleen. Het leven zit me niet goed.’ De schrijnende biecht van een lijdende ziel of de sardonische act van een meester-comedienne? Wie zal het zeggen? Dat Kennedy razend grappig kan zijn, leerden haar boeken ons al. Nu traint ze haar komische spieren op Schotse podia, waar ze als stand-up-comedian te zien is. Haar grappen gaan over politiek en seks. ‘Sex is funny. Sex with me involves my body so it’s fantastically funny. I am a circus freak!’
Kennedy lees je niet om de spannende plotlijnen, wel om haar bijzondere personages. De schrijfster kruipt graag in het hoofd van excentriekelingen en laat hen vaak aan het woord in lange monologen. Een dwaaltocht in de geest van Kennedy’s zonderlingen kan behoorlijk beklemmend zijn. Toch maken de duistere humor en de sierlijke, glasheldere taal het proza lichter. Nogal wat verhalen gaan over alleenstaande vrouwen, al blijft Kennedy op veilige afstand van de chicklitclichés. Haar zoekende singles vragen zich af of ze niet beter af zouden zijn als een onbestemd zeedier dat ongestoord aan wier kan knagen. Ze trachten mannen te verleiden met macabere verhalen over röntgenfoto’s en vallen voor pornoverslaafden. Ze zijn ervan overtuigd dat pyromanen mentaal stabieler zijn dan de gemiddelde burgervader. Hun katten heten Prozac. Kennedy deelt haar fascinatie voor de duistere kronkels van onze geest met de Amerikaanse A.M. Homes. Net als de schrijfster van ‘Wat je moet weten’ en ‘Het einde van Alice’ weet Kennedy bizarre figuren neer te zetten zonder er freaks van te maken. Ze heeft zowel talent voor satire als voor mededogen en dat maakt haar werk zo bijzonder. Geen wonder dat Kennedy zowel in 1993 als in 2003 op de Granta-lijst van ‘Best of Young British Novelists’ stond.
Twee van haar romans zijn inmiddels in het Nederlands vertaald. ‘Alles wat je nodig hebt’ is het verhaal van een schrijver die aan een jong meisje wil vertellen dat hij haar vader is. Hij doet zijn biecht in de vorm van een roman. In ‘De smaak van het paradijs’ maakt een veertigjarig fuifnummer met een alcoholprobleem de balans op van haar leven. Misschien is het wel eens tijd voor een serieuze relatie, denkt ze. Of dat ook zal lukken met een tandarts die al net zoveel drinkt? Kennedy’s verhalenbundels zijn niet in het Nederlands verkrijgbaar en dat is jammer want haar onbehaaglijke kortverhalen zijn minstens zo sterk als haar werk van langere adem. Meer nog, sommige Kennedy-romans doen wat verstikkend aan omdat haar personages zo intens zijn. Het is niet altijd een pretje om lang in hun buurt te blijven.
Kennedy’s jongste, ‘Day’, biedt ook al zo een claustrofobische leeservaring. De roman kreeg onlangs de Costa Novel Award en dingt op 22 januari mee naar de titel Costa Book of the Year. Technisch is het een bravourestukje: Kennedy combineert een jij-verteller met de innerlijke monologen van Alfred Day, RAF boordschutter tijdens de Tweede Wereldoorlog.
De toon van het boek is een pak minder komisch dan we gewend zijn van Kennedy. Oorlogsgruwelen zijn nu eenmaal geen pretje. Toch is de oorlog voor de piepjonge Day een verademing in vergelijking met zijn job in een viswinkel. De eenvoudige arbeidersjongen meldt zich als vrijwilliger bij de luchtmacht en slaagt erin zijn oude vel af te werpen. Hij vindt kameraadschap bij zijn strijdmakkers en liefde in het gebombardeerde Londen. De wereld is plots groot en wijds. Day leert nieuwe woorden die hij uitprobeert in zijn liefdesbrieven, als waren het exotische kruiden.
Kennedy heeft weinig interesse voor het feitelijke verloop van de oorlog. ‘Day’ is geen historische roman maar een afdaling in een getraumatiseerde geest. Wat het boek zo interessant maakt, zijn de passages die in 1949 spelen. De oorlog zit er al even op maar Day kan niet meer aarden in Londen. Hij trekt naar Duitsland en speelt mee als figurant in een film over krijgsgevangenen. De verveling op de filmset herinnert op een pijnlijke manier aan het lange, uitzichtloze wachten in oorlogstijd. De regisseur bezondigt zich aan sentimentele clichés, eigen aan het genre van de oorlogsfilm en Kennedy analyseert die op genadeloze wijze.
‘Day’ is niet helemaal geslaagd. Alfreds vreselijke kindertijd is erg ruw geschetst en het dramatische conflict met zijn vader gaat daardoor de mist in. Het liefdesverhaal deed onze haren ook niet overeind komen. Toch mag A.L. Kennedy best met de prijs gaan lopen. Al was het maar omdat haar mooie boeken beslist meer aandacht verdienen.

A.L. Kennedy, Day, Jonathan Cape, 279 blz.
Dit boek zal bij De Geus verschijnen als ‘Onuitwisbaar’. De Geus gaf eerder ‘Alles wat je nodig hebt’ en ‘De smaak van het paradijs’ uit.

Costa Book of the Year: genomineerden

1) Costa Novel Award: A.L. Kennedy, Day
2) Costa First Book Award: Catherine O’ Flynn, What Was Lost
(voormalige postbode schreef een boek over het leven in een winkelcentrum)
3) Costa Biography Award: Simon Sebag, Young Stalin
(over het vroege leven van de Russische dictator)
4) Costa Children’s Book Award: Ann Kelley, The Bower Bird
(over een twaalfjarige die wacht op een harttransplantatie)
5) Costa Poetry Award: Jean Sprackland, Tilt
(derde poëziebundel met veel aandacht voor milieuproblematiek)