Lydia Davis – Varianten van ongemak (De Standaard)

Sprankelend kort
Wie in is voor een leesavontuur met scherpe en onvoorziene bochten kan zijn hart ophalen aan de nieuwste verhalenbundel van de Amerikaanse Lydia Davis.
Kathy Mathys
Wat is een goed verhaal? Mijn schrijfcursisten vinden spanning belangrijk, herkenbare personages ook. Schuif ik hen Lydia Davis onder de neus, dan zijn de reacties gemengd. Zo kan het ook, komt het enthousiast uit de ene hoek. Is dat een verhaal?, klinkt het in de andere. Lydia Davis’ kortste verhalen zijn één regel lang. Zo bijvoorbeeld gaat ‘Moeders reactie op mijn reisplannen’: ‘Gainesville! Wat jammer dat je nééf dood is!’ De titels van die short shorts, zoals ze bekend staan in de Verenigde Staten, zijn extreem belangrijk. Sommige verhalen zijn grappen, andere taalspellen of filosofische speldenprikken. 
                                                                                                                                                                          ‘Varianten van ongemak en andere verhalen’ bevat de twee meest recente bundels van de Amerikaanse, ‘Samuel Johnson is verontwaardigd’ en ‘Varianten van ongemak’. Niet alle verhalen zijn even kort: het varieert van eenregelig tot een twintigtal bladzijden. Allemaal vertellen ze op een speelse en inventieve manier iets over hoe het is om droevig te zijn, kwaad, wantrouwig, bang. Kortom, door al haar vertellingen loopt een emotionele ader. Davis houdt er niet van om het sentiment er dik op te leggen. In ‘Brief aan een begrafenisondernemer’ stopt ze de emotie weg onder formele taal. ‘Hoe moet ik om hen rouwen?’ is één lange vragenlijst. Daarin vraagt de rouwende zich af hoe ze zich haar geliefden en vrienden het best kan herinneren: ‘Moet ik de boter de hele nacht zacht laten worden, zoals C? Moet ik problemen krijgen met schrijfmachinelinten, zoals K?’ Davis’ personages maken sneller een wrange grap dan dat ze in tranen uitbarsten.
Onfrisse waarheden
Personages: het woord is gevallen. Vormen zij niet het anker van elk verhaal? Davis vertelt zelden iets over het uiterlijk of de achtergrond van de personages. Dat vindt ze overbodige ballast. Liever duikt ze meteen in iemands hoofd. In ‘Gelukkige herinneringen’ volg  je de gedachtegang van iemand die zich afvraagt onder welke voorwaarden een fijne gebeurtenis later een gelukkige herinnering wordt. Van snoepen kan je op het moment genieten maar de herinnering eraan kan je niet troosten op je oude dag. Gedachtestromen in verhalen kunnen wel eens chaotisch zijn. Niet bij Davis, die de werkelijkheid van een hoofd waarin het dondert geen geweld aandoet en toch precies en ordelijk klinkt. Het is in onze geesten dat de onfrisse waarheden over onze relaties en vriendschappen rondspoken. Uit ‘Verstandig’: ‘Ze zal nooit weten hoeveel ik er over nagedacht heb of ik wel bevriend met haar wil blijven.’
Kafka kookt
Voor Lydia Davis zijn woorden speelgoedblokken waarmee je alles kan. Ze besteedt veel aandacht aan klank en ritme zodat sommige verhalen meer weg hebben van gedichten of raadsels. Soms stuurt Davis aan op herkenbaarheid en formuleert ze gedachten die je ook wel eens hebt, meestal gedachten die je niet gauw met anderen deelt. Andere verhalen zijn beïnvloed door oude mythes en hebben iets bevreemdends. Waarmee worstelen Davis’ spelers? Ouderschap – doe ik wel voldoende mijn best? – huwelijkskwesties, aftakeling en ziekte. Is het een schildklierprobleem dat de gedachten van een personage in een bepaalde richting duwt of zijn we meer dan enkel stof? Davis is niet bang van kleine onderwerpen. Liet hij een scheet of was het de hond? Leeft de rups nog die ik liet vallen op de trap? Het is voldoende materiaal voor twee verhalen. In ‘Kafka kookt eten’ komen bijna uitsluitend woorden voor die Davis uit Kafka’s brieven aan Milena haalde. Het is een prachtvertelling over Kafka’s angst om hoe het etentje zal verlopen. In gedachten poetst hij de hele dag het tafelzilver. Kijkend naar de plattegrond van Praag laat Davis Kafka denken dat het onbegrijpelijk was ‘dat iemand een hele stad zou bouwen terwijl er alleen een kamer voor haar nodig was’. Davis voelt een grote verbondenheid met Kafka, ze deelt zijn humor, zijn hopeloosheid en mededogen. Ook ‘We missen je: een onderzoek naar beterschapsbrieven van leerlingen van een groep zes’ vertrekt vanuit bestaand materiaal. Davis gebruikte de brieven die klasgenoten aan haar zieke broer schreven. Ze analyseert ze met een grammaticaal oog op zinsconstructie en werkwoordvormen. Dat klinkt saai en toch levert het een verhaal op dat niet enkel technisch interessant is maar ook aangrijpend.                     
Moeizame communicatie, ruziënde echtparen en zussen die elkaar niet kunnen luchten: Davis is niet de enige die erover schrijft. Het is haar frisse, filosofische en scherpe aanpak die haar mijlenver uittilt boven de middenmoot. Experimentele fictie kan dode letters opleveren. Gelukkig vinden we niets van die dorheid in deze sprankelende bundel.
****
Lydia Davis – varianten van ongemak en andere verhalen – vertaald door Peter Bergsma – Atlas Contact – 328 blz. – 24.95 € – oorspronkelijke titel: Samuel Johnson is Indignant/Variaties of Disturbance.