Rachel Cusk interview (De Standaard)

Leven aan diggelen
De Engelse Rachel Cusk schreef een ontluisterend boek over huwelijksleven, echtscheiding en ouderschap. ‘Nasleep’ is het pijnlijke antwoord op zeemzoete zelfhulpliteratuur.
Kathy Mathys
Als een wervelwind komt ze de hotellobby binnen, zich excuserend omdat ze te laat is. Iets met druk verkeer en taxi’s. Rachel Cusk ziet er mager uit en gepijnigd. Ik ben een tikkeltje nerveus voor deze ontmoeting met een schrijfster die zo hard en nietsontziend kan zijn in haar proza en non-fictie, zo scherp en briljant ook. Mijn vrees voor nukkigheid was onterecht. Cusk praat openlijk over haar vechtscheiding van twee jaar geleden. Die vormt het onderwerp van ‘Nasleep – Over huwelijk en scheiding’. Twaalf  jaar geleden schreef Cusk ‘In het land van moeders’, over de ontreddering, vervreemding en euforie van het moederschap. Natuurlijk hoeft niet iedereen zich te herkennen in haar sombere analyse van het huwelijksleven, vertelt Cusk. ‘ Ik hoop alleen dat de lezer opluchting voelt omdat hij of zij niet alleen is. Ik hoop dat sommigen zich getroost voelen.’
‘Nasleep’ begon met een lang  essay over feminisme dat Cusk schreef op vraag van Granta Magazine in Engeland:  ‘Hoe ouder je wordt, hoe meer je dat onderwerp benadert vanuit je eigen leven. Ik besefte dat een echtscheiding je opinies over feminisme uitkristalliseert. Het essay werd het eerste hoofdstuk van ‘ Nasleep’. Mijn uitgever wou dat ik verder ging en er een boek van maakte. Ik heb wel vaker ‘extreme vrouwelijke’ gebeurtenissen gebruikt als grondstof voor een boek, zoals de geboorte van mijn eerste dochter. Dit keer viel het schrijfproces me veel zwaarder. Dit is een donker boek en de gewoonte die ik heb om een structuur aan te brengen in het materiaal, kon ik moeilijk aanhouden. De ideeën lieten zich niet makkelijk ordenen. Het verdriet dat ik voelde, doodde ook het verlangen om mezelf uit te drukken, om creatief bezig te zijn. Het was een strijd.
Hoe waren de reacties op het boek in Engeland?
Vreselijk, dit heb ik nooit eerder meegemaakt. Kranten stonden vol scheldtirades: ik had het recht niet om te schrijven over het privéleven van mijn kinderen en man. En waarom kreeg mijn man geen stem in het boek? Het waren stompzinnige artikels. Zelfs de kwaliteitspers had kritiek, zij het van een andere orde. Die stelden de vraag waarom een lezer geïnteresseerd zou zijn in mijn persoonlijke perikelen. Ik kreeg te horen dat ik narcistisch ben, geobsedeerd door mezelf. Belachelijk natuurlijk. De gedichten van Sylvia Plath en de kunst van Louise Bourgeois zijn toch ook afkomstig vanuit hun diepste zelf? Lucian Freud heeft zijn kinderen zo vaak geschilderd en niemand had bezwaren.
Heeft de kritiek dan vooral te maken met het feit dat u een vrouw bent?
Ik denk het wel. Mannen die zichzelf blootgeven zijn moedig. Bij vrouwen ligt dat anders, vindt men vaak. Verder heeft het ook te maken met het soort autobiografie dat ik schrijf. Het gaat om confronterende en donkere teksten, veel lezers voelen zich beledigd door wat ik schrijf. In Engeland hebben veel vrouwen de neiging om hun lijden te verbergen. Ze doorstaan moeilijkheden met een uitgestreken gezicht, ze vinden klagen onsportief. Het lijkt wel een sociaal contract dat je altijd op je tanden moeten bijten. Nochtans weten we dat een kind krijgen of scheiden heel extreme emoties teweeg kan brengen, positieve en negatieve, maar daarover moet je zwijgen. Veel critici willen een simpele versie van het verhaal. Mijn werk is altijd complex, nooit eenduidig en dat stoort velen.
In ‘In het land van moeders ‘ schreef u dat mannen wel mogen klagen over de gruwelen van het ouderschap, vrouwen niet. Hoe zit dat momenteel?
Ik vind dat het discours over ouderschap en huwelijk in kranten en columns er niet beter op is geworden de voorbije jaren. In Engeland durven sommige vrouwen nu wel te klagen, maar ze doen het enkel binnen een komische context. Te serieuze stukken hierover worden niet getolereerd. In fictie kan je wel je zin doen. Mijn romans hebben nooit dezelfde reacties opgeroepen als mijn autobiografisch werk. Ook al kunnen verhalen soms diepere waarheden blootleggen dan autobiografie, toch hebben lezers meestal het gevoel dat een roman in mindere mate over henzelf gaat, vreemd genoeg.
Door de echtscheiding werd u verbannen uit uw eigen geschiedenis, schrijft u. Wat betekent dat precies?
Komt er een eind aan het huwelijk, dan lijden de betrokkenen het meest omdat ze hun leven verliezen. De continuïteit is weg, de link met vroeger. Onlangs had ik het erover met mijn moeder dat ik nog steeds het gevoel heb dat er een radicale breuk is met vroeger, temeer omdat het einde van mijn huwelijk zo afschuwelijk was, zo gewelddadig. Mijn moeder zei dat die breuk met het verleden er sowieso gekomen zou zijn, op het moment dat mijn dochters het huis uitgaan. Ze heeft volgens mij ten dele gelijk. In de vroege jaren van het huwelijk bouw je iets op, een beschaving als het ware. Er ontstaan rituelen, gebruiken en verhalen binnen de familie. Daarna is er verval, afbraak. Ik denk dat verval een onderdeel is van elk mensenleven. Alleen is het moment waarop iemand eindigt met bouwen en begint af te breken verschillend van mens tot mens. Bij een afschuwelijke en pijnlijke echtscheiding is het begin van die vervalperiode meer uitgesproken.
U omschrijft het huwelijk als een civilisatieproces. Het moederschap ziet u dan weer als een primitieve staat.
Ik denk dat familieleven het primitieve transformeert tot het beschaafde. Over de geboorte van kinderen spreekt men niet in onze maatschappij, ook al vormt ze de basis voor het gezinsleven. Het familieleven drijft al die barbaarse elementen – de geboorte, het bloed –  als het ware uit. Valt het huwelijk uiteen, dan keert de mens terug naar een primitieve staat van zijn en dat is nu net zo schokkend en pijnlijk.
Hoe moet het verder? Komt er een nieuw proces van opbouw voor u?
Ik denk het niet, of toch in geen geval een civiliserend huwelijk. Momenteel zie ik enkel chaos en duister voor me en ik probeer daar waarde in te vinden. Ik vind dat mechanisme van opbouwen en afbreken niet deprimerend. Zo gaat het nu eenmaal. Kijk maar naar de geschiedenis, het patroon keert steeds terug. Ik gebruik veel voorbeelden uit de Griekse cultuur en mythologie want de prechristelijke verhalen spreken me aan. Ik identificeer me met personages in Griekse verhalen, die waarachtig zijn en onsentimenteel. Het christelijke verhaal van de vader, de moeder en de kribbe kan me niet bekoren.
Thuis kreeg u als kind te horen: ‘Doe goed je best voor wiskunde.’ Wat is er over van het feministische gedachtegoed dat uw moeder verkondigde?
Meisjes zijn nu competitiever en gemotiveerder dan ooit. Ze geven echter hun vrouwelijkheid niet op om slim te zijn, wat vroeger wel het geval was. Toen ik opgroeide, had ik het idee dat er als het ware drie seksen waren: de vrouw, de man en de vrouw die geen vrouw was. Die laatste categorie zijn vrouwen die het absoluut anders wilden doen dan hun huisvrouw-moeder. Ik behoorde tot die groep. Mijn twee dochters groeien op met een werkende moeder . Ze willen net zo min huismoeder worden als onvrouwelijke bolleboos. Ik ben heel benieuwd naar het lot van de huidige generatie jonge vrouwen. Ik had het gevoel dat ik, als werkende moeder, een mannelijke rol op mij moest nemen en ik worstelde daarmee. De voorbije tien jaar heb ik veel vrouwen in mijn omgeving gezien die het hele project van moederschap in combinatie met werk opgaven. Die verscheurdheid valt velen zwaar.
Hoe zit het met koppels zonder kinderen?
Van zodra er kinderen zijn, komt er een verschuiving in de rolverdeling binnen veel koppels. Mijn visie is erg somber. Dat besef ik, en ik verwacht dan ook niet dat iedereen er zich in herkent. Ik denk dat de liefde voorbij is van zodra er een kind komt. Het kind is zowel de vrucht als het einde van de liefde. Er is in onze cultuur weinig belangstelling voor de manier waarop liefde evolueert bij kinderloos paren, terwijl dat nochtans erg boeiend is, vind ik.
Uit het boek blijkt dat u vaak bezorgd was om de veiligheid van uw kinderen.
Uit de gesprekken met mijn dochters begrijp ik dat ze 90% van de gebeurtenissen van de voorbije twee jaar vergeten zijn. Ze herinneren zich de ruzies niet, de vreemde kerel die tijdelijk een kamer in ons te grote huis huurde. Dat ze zoveel zijn vergeten, wijst erop hoe kwetsbaar ze waren op dat moment. Ze zijn duidelijk getraumatiseerd. Mijn echtscheiding heeft een grote impact gehad op mijn moederschap. Voor het eerst geef ik me ten volle aan mijn meisjes. Toen ik getrouwd was, worstelde ik met mijn rollen als moeder, als schrijfster. Ik denk dat ik me in al die jaren nooit echt aan het moederschap heb gewijd. Als feministische moeder wou ik namelijk niet lijken op de huisvrouwen uit de jaren 1950 die aan de valium zaten. Toch had ik het gevoel dat er iets ontbrak in mijn relatie tot de kinderen. In het boek schrijf ik dat de kinderen bij mij horen. Om die zin kreeg ik bakken kritiek over me heen. Men dacht dat ik die woorden letterlijk had uitgesproken. Ik wou de kinderen natuurlijk niet afnemen van mijn man. Ik druk met die woorden enkel iets uit dat ik vlak na de breuk voor het eerst in elke vezel van mijn lijf voelde. Zelfs tijdens de geboorte was de heftigheid van dat gevoel minder sterk. Vroeger, toen ik me te zeer vastklampte aan mijn rol als feministische moeder, toonde ik al mijn gevoelens aan mijn dochters. Ik dacht dat het betuttelend zou zijn om die voor hen te verbergen. Nu ik mijn rol als moeder heb herzien, toon ik mezelf niet altijd. Of ik het moederschap kan blijven combineren met schrijven, weet ik niet. Dat is een van de grote vragen waar ik momenteel mee zit. Als kunstenaar had ik een innerlijke kaart met mijn morele codes, mijn wereldbeeld. Dat is allemaal weg, aan diggelen.
Heeft u spijt van dit boek?
Ik ben heel blij dat ik de gebeurtenissen heb opgeschreven en dat ik de persoon die ik toen was vorm heb gegeven op papier. Doe je dat niet, dan transformeert je geheugen de dingen heel snel. Toch was het een traumatiserend proces. Mijn ex is woest, de media haten mij. Ik heb me erg kwetsbaar opgesteld in het boek en daardoor komt dit alles hard aan. Ik had het niet verwacht, die reactie. Mijn boek over moederschap riep ook veel boosheid op, maar toen had ik mijn gezin niet verloren. De kritiek was een last, meer niet. Ik denk niet dat ik nog autobiografische boeken zal schrijven.
****
Rachel Cusk – Nasleep – Over huwelijk en scheiding – vertaald door Marijke Versluys – De Bezige Bij – 159 blz. – 17.90 € – oorspronkelijke titel: Aftermath – On Marriage and Seperation.